|
|

Geneviève Eijck
Presentatrice Poëzie onder de Platanen
|
|
Gedichten
voorgedragen op de
historische binnenplaats van het
voormalig Jongensweeshuis
aan de
Lauriergracht te Amsterdam
Behalve dichters
waren er dansers
die zich lieten inspireren
door de plek
Twee koren zongen hun liederen
in alle talen
en uit een raam
klonken sefardische slaapliedjes
Op de één
na langste dag van het jaar
20 juni 2010
|
|

Henk van Faassen
Organiseert Poëzie onder de Platanen
Ach
was ik maar een echte dichter
Nu ligt het schrift open voor mij
Ik klap het onbeschreven weer dicht
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Boven de trap naar het hoofdgebouw van het weeshuis de woorden:
HaeC.Stat.Caritate DoM.Vs
Anno 1769.
Dit is een huis voor liefdadigheid.
Achter een blinde muur aan de Lauriergracht, waar eerder
het pakhuis Venetiae en de verffabrieken De Blauwselmolen
en de Indigo's ton, gevestigd waren, is het Jongensweeshuis
gebouwd.
Buiten de muren zijn er tegenstellingen tussen de Patriotten
en de Oranjegezinden.
De jongens komen in contact met de 'veile' buitenwereld.
Om aan drank en sigaretten te komen verkopen de jongens
hun boterhammen. Als de jongens dronken terug keren verdwijnen
ze voor drie dagen in het cachot.
Het zijn onrustige jaren.
|
|
.
|
|
Binnenplaats
tien platanen
netjes, twee maal vijf op een rij
daar tussen
bewegen de kinderen
snel op hun rode fietsjes
tien platanen
een pomp in het midden
in de zandbak
scheppen de kinderen
hun grillige kunstvormen
tien platanen
banken onder de bomen
als ik daar zit
vertellen de kinderen
over wat ze meemaken
tien platanen
als de zomer voorbij is
laten ze hun bladeren vallen
de kinderen schuifelen
ritselend over een bruin tapijt
tien platanen
zijn de statige wachters
ze zien het geluk en het verdriet
van de kinderen
de kinderen van de platanen
Henk van Faassen
|
|
|

|
|
F.Starik
Stadsdichter, opent
de gedichtenmiddag
Poëzie onder de Platanen.
Het
is de vierde stadsdichter
van Amsterdam na Adriaan Jaeggi, Robert Anker en
Mustafa Stitou.
Hij maakt deel uit van
Amsterdamse
Poule des Doods
dat is een groep dichters die bij eenzame uitvaarten
gedichten schrijft en voordraagt.
Starik (pseudoniem van Frank von der Mölen) is op 16 maart 2018 overleden. Hij werd 59 jaar.
|
|
Lied, gezongen in de nacht
De klokken in de Westertoren laten ieder half uur
horen
hoe tijd verstrijkt:
de wijzers gaan vooruit, en telkens rond.
De cirkel, wreedste aller vormen.
De klokken slaan memento mori voor wie leeft, wie
achterlaat en aanstonds
eeuwig eender verder gaat.
Helpt ons geluid tegen de dood?
De tijd is triest noch trots, herneemt zijn loop.
Dus wat is de klacht?
Het hele concept van de tijd is gebaseerd
op onze sterfelijkheid.
Er is geen hoop.
Geen mens die blijft.
Sla zacht.
F. Starik
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.

Annemarie Weggelaar
Dichteres uit de buurt
|
|
.
Binnentuin
Muren
breek open,
gordijnen schuif van de
ramen vandaan,
wolken drijf voort,
laat de sterren schijnen,
diep in de nacht
boven de huizen,
bloeiende struiken
een enkele bank,
en dáár waar straks
de zon opgaat,
klinkt een rauwe stem
onverstaanbare woorden
trillingen van geluid
opgenomen in de nacht.
A. Weggelaar
|
|
.
Bij
station Sloterdijk
zat een zwart haasje
in het hoge gras
Met zijn kleine voorpoten
hield hij een bloemstengel vast,
alsof ze een goed gesprek voerden.
De wind woei
de bloem wuifde
en de mensen vertrokken
van station Sloterdijk.
A. Weggelaar
|
|
.
En de zon scheen
tussen de regels door
zomaar
ineens
schijnt de zon
voor mij
in woorden
door wolken heen
op de tegels van een stoep
tussen de pootjes van de poes
in mijn spinnenwebbenhart
licht op.
U, die mijn leven
niet moe wordt
A. Weggelaar
|
|
|

Vera
vd Burg
Student
Ze heeft gedichten als kind geschreven
in de schrijversclub
Pen Papier & Plek
Sophie vd Burg
Student Media&Cultuur.
Ze heeft een gedicht
geschreven in Beijing, digitaal verzonden,
voorgelezen door haar zus.
|
|
.
Zonnebril
Er was een meneer op de vlooienmarkt
Hij kwam langs een rek met zonnebrillen
Hij pakte een zonnebril en zette hem op
Hij liet zichzelf aan zijn vriendin zien
Maar zijn vriendin vond het niet mooi
Ze trok een lelijk gezicht
Mijn
ogen zijn met twee kleuren
Als een bos zo groenig
Ze zijn erg mooi
Maar ze zien niet zo goed
Daarom draag ik een bril
Mijn
ogen zijn met twee kleuren
Als ik mijn bril draag
Zien mijn ogen meer
Dat is fijn voor mijn ogen
En ook voor mij
Vera
|
|
.
Er
was eens
Een drieling
theedoeken.
Ze hingen aan een haakje.
Ze vonden het saai om de hele tijd de
afwas af te drogen.
Ze gingen op reis.
Toen ze buiten kwamen
waaiden ze weg.
Ze kwamen op een vreemde plek want ze
zagen een man die zijn
voeten aan het wassen was in een hoed.
De geiten vlogen in het rond.
Toen gingen ze gauw weer naar hun haakje.
Microscoop
Toen ik bij mijn opa en oma
was kreeg ik een microscoop.
We probeerden van alles!
aarde, schoon water, vies water, maar
we zagen steeds hetzelfde.
Vera
|
|
.
Verliefd
op Beijing
Groot, vol, druk,
Verrukkuluk.
Rijst, vlees, drank,
Openbare-toiletten-stank.
Met stokjes eten
heb ik aangeleerd,
Met bestek eten
ben ik verleerd.
Honderden mensen
in één metro
als sardientjes in een blik
honderden kilometers
achter elkaar
maar nergens
een boos gezicht.
open door de straten
de kracht van de massa
een rode draad
de hartenklop van China.
Sophie
|
|
|
.

Catelijne
Beijst
fotografe en liefhebbende dichter.
Organiseert dichtersavonden in het
caféschip 't Einde van
de Wereld
|
|
.
Kut Ghedicht
Eerst
die titel
Die zet 't in 't goede licht
Want het klopt
en bropt, en flopt en zopt
De
mens zit in zijn eigen ding
't
Eigen denken, zijn of venijn
Vreselijke Escapades
open oor noch oog
voor mij
of welk ander ook
Nee,
dan liever de Eigen Rijstebrij
van familie, land
Of God mag weten wat
Degene
die naast je zat
Was toen reddeloos verloren.
|
|
.
Gezondicht
de
dag kruipt in de nacht
heel zacht
zie ik je vormen groeien
uit donkerste der donker
kom je te voorschijn
beetje bij beetje
worden de contouren gewaar
eerst bedeesd.
dan
met wassend zelfvertrouwen
komen eerste stralen
te voorschijn
dan gaat het hard
en in volle Glorie
geef je je volledig bloot
jij grootste der Groten
jij Zon der Zonnen
|
|
.
Oever
Landen
Oever
landen
Hoever zanden
Hoe vergaat het u dan nou
Is
het piepend
Mis het zwiepend
Vis in't vroege ochtend dauw
Ruisend
riet en
Bruisend weed
Kruis nu toch die kille kou
Alle
tijd wel hier en donder
Malle nijd in 't ruim vooronder
Zal niet zijn bijtend lieve mooie
vrouw
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.

Karl
von Raesfeld Psycholoog
en vrijetijdsdichter [1931-2012]
|
|
Meisje
In de Rozenstraatliep ze,
Vlak voor me uit.
Jong, mooi en uitdagend.
Fel rood T-shirt.
Grijs verwassen jeans.
Toen
ik haar zei, wat ik vond,
Giechelde ze,
maar stak gelijk over.
meter vooruit
liep ze mee op.
Bij
de gracht ging ze linksaf
Zonder groeten.
Kennelijk dacht ze:
'dirty old man'.
|
|
.
Tichelkerk
Op
een dag zonder toekomst
werd dualiteit eenheid
zonder tegenstelling.
These,
antithese en synthese
transformeren tot
harmonie en rust.
Eenheid
en harmonie
versmelten met wat
het menselijke overstijgt.
Kosmische
energie, die
Steunt en die rouw
Vrolijk maakt
|
|
.
Uitglijer
Vanaf de brug
gleed mijn achterwiel weg.
Hoek Elandsgracht lag ik plat.
"Ben je gevallen",
vroeg een oude vrouw?
"Nee", zei de man naast
haar,
"zo stapt ie altijd af"
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
.

Mirjam Al
ze zingt en danst, schrijft en schildert / gedichten uit 'Zonderlinge
schetsen' uitgeverij 'Het zinkend schip' 2006
|
|
.
Voor
Vogel
In late zomerzon betrad zij
lichtvoetig het gebroken tuinpad,
een kopje van Frans biscuit,
omwolkt met okeren schuimlokken,
een veelgetekende aandacht,
in violet en lila,
als ogenblikken van vogeldieren,
wier tedere veren uitgroeiden
tot krachtige vleugels,
zo sterk zelfs dat ze ogenschijnlijk
moeiteloos de zwaartekracht ontstijgen,
zijde ruisende rokken,
wervelend als spinnewielen
in de raga van de
midzomernacht
de dans ode
aan ons beide leven
|
|
.
Het
oude lied
Het regent, het regent,
het regent dat het giet.
Je weet het wel en je wil het niet,
Het is het groot en goddelijk verdriet,
Het is het eindeloze wenen,
Om dat wat in bitterheid is
verdwenen.
Het is het huilen van de wind,
Die stormt langs de kusten.
O, we zullen er nog van lusten.
Het is het janken
van de geketende hond,
Die men weken later
in de bossen vond,
Het is het schreien van de kinderen
in de woestijn
Met honger, dorst en voetenpijn.
O, je weet het wel en je wil het niet.
Maar het is het oeroude lied,
Het regent, het regent,
het regent dat het giet
|
|
.
Met
vlakke hand
Sloeg en kneedde hij,
kilometers leven
in klei, vriendschap,
warme was,
de vingerprenten
tot brons gegoten,
vrij van verloren vorm,
diep in mij waar
kreupelhout zingt,
verf gewreven met ei
tot sepia, schilderij
en teken mij,
de hand vlak,
lijnen spoorloos
beeldenrij
|
|
|
|

Henk van Faassen
graficus met belangstelling voor de relatie tussen taal en beeld
/ organisator Poëzie onder de Platanen
|
|
Poëziezomer
Watou
Waarschijnlijk waren er dichters
in de buurt
want uit de boomkruinen
klonken droeve stemmen
bezoekers
lopen af en aan
hun hoofden vol teksten
buiten staan de schapen
die weten van niets
arme schapen
arme bezoekers
|
|
Gesprek
op het terras
van de Eland
een
jonge vrouw
en een half glas witte wijn
een wit gekruld hondje
onder haar stoel
de vrouw leest een glimblad
het hondje doet een hondenslaapje
een oudere
vrouw
met een blauwe plastic tas
een wit hondje
aan een riem om zijn buik
de jonge vrouw neemt een slokje
het wit gekrulde hondje
kijkt nerveus op
de oudere
vrouw informeert beleefd
naar de kapper van het wit gekrulde hondje
de jonge vrouw heeft geen idee
haar hondje weet het ook niet
de oudere
vrouw is nieuwsgierig
wat krijgt je hondje te eten?
de jonge vrouw denkt na
mijn hondje eet alleen 's nachts
de oudere
vrouw is verdrietig
mijn hondje spuugt zijn eten uit
de jonge vrouw neemt een slokje
haar hondje slaapt rustig door.
|
|
IJsje
Bij de brug over de Prinsengracht.
Twee Japanse dames kopen een ijsje
Op de brug over de Prinsengracht
pakken ze gehaast hun mobieltje
en maken een foto van hun ijscuypje.
Over de brug van de Prinsengracht
nemen ze een likje met een lepeltje.
De brug over de Prinsengracht
daar gebeurde het.
|
|
|

Nisrine
Mbarki
schrijfster,
docente taalvorming / basisonderwijs en volwasseneneducatie.
|
|
Storm
Ze legt me in bed
De deur valt zachtjes in het slot.
Een
grote donkere zee om me heen.
Ik hijs mijn masten omhoog in de blauwe lucht.
Ik ben de nachtkapitein en
ik vaar.
Mijn bedschip midden op mijn kamerzee.
Ik houd me goed vast,
de golven gooien me er bijna uit.
Zo naar de haaien.
Mijn zaklampje aan,
geen monsters die mijn schip besluipen.
Zij
staat voor de deur van de zee te luisteren.
'Mannen, stilte! Een vijand in zicht.'
Ik laat de masten zakken,
snel onder mijn dekbedschip.
De deur gaat zachtjes open
en ik lig
zoals zij me heeft gelegd.
|
|
Het
sneeuwt heel hard en het is koud,
mijn spijkerbroek wordt nat aan de onderkant.
Ik mis de poes,
papa weet niet dat de poes bolognese chips lust
en dat mijn broertje voor hem zingt.
Ik
mag niet bellen,
omdat hij zichzelf niet is,
zeg mama.
Alle bomen zijn wit en niemand praat.
536757
Ik weet zeker dat papa wacht.
We zullen sneeuwballen gaan gooien,
mama mag niet weten dat ik bel,
ook niet dat we doen alsof we roken en rondjes uitblazen.
Ze
zei iets tegen papa
Uit zijn rode oog stak een traan
|
|
Hij
is gebouwd
uit roofvogelresten
klei
en de glimlach van een achtjarige
zij
legt hem in de vitrinekast
tussen het mooie servies
voor speciale gelegenheden
op
een bijzondere avond
haalt ze 'm eruit
houd 'm
voorzichtig
aan haar
lippen
als een kostbaar kopje
de jacht mag beginnen.
|
|
|
|

Katrien van Hassel
zangeres /
Sefardische slaapliedjes geschreven door
Daniel Akiva / Jeruzalem

|
|
Durme,
durme hermozo hijico
Durme, durme con savor
Cerra tus luzios ojicos
Durme, durme con savor
A la
scola tute iras
Y la ley t'ambezaras
Cerra tus luzios ojicos
Durme, durme con savor
Durme,
durme mi alma donzella.
Durme, durme sin ansia y dolor.
Que to 'sclavo, que tanto dezea.
Ver tu sueño con grande amor.
Hay dos años que suffre mi alma,
Por ti joya mi linda dama.
|
|


Gerard Ligthart
geriater, saxofonist en gitarist van de band
The Boys on the `EdGe & the girl /
begeleiding van de Sefardische liederen / dansimprovisatie
Geplukte Teksten
|
|
|



Ellen Freijser
danseres in de improvisatie Aliën Alleen
|
|
Petra
van Aken
gedicht
Ellen Freijser
dans
Aliën
alleen
Ik sta, ik stond, ik vlieg, Ik vloog al
jaren rond.
Ik kijk, ik keek al heel lang naar de aarde,
naar het blauwe water, de donkere grond.
Hij zat naast me en vroeg: al die rondjes
om de aarde, is dat eigenlijk niet ongezond?
Je kijkt, je staart, je twijfelt al zo lang,
ben je soms onzeker?
Ben je soms bang?
Zal
ik gaan of niet?
Dichterbij gekomen zag ik warmtebronnen
die bewogen, gedragen door een skelet.
Met daaroverheen een huid gespannen,
soms dun, transparant, soms taai en vet.
Ik
weet het niet zei ik, ze zijn zo anders, zo raar,
ze zijn klein, ze zijn groot,
ze worden oud en gaan dood.
|
|

Petra van Aken
choreografe /
schrijfster van de tekst Aliën Alleen
Ik wil voelen,
ik wil weten wat ze met voelen bedoelen!
lucht - longen - adem - stikken en vertikken!
Ik wil springen - ik wil rennen -
een paard zijn - een arend !
Een vrouw met hoge hakken -
een hond die overal loopt te kakken!
Ik wil blijvend transformeren!
Ik wil weten wat ze met voelen bedoelen!
Ik
wil verzinnen - opnieuw beginnen,
Ik wil weten, verbeten op boeken kauwen,
Ik wil chaos - ik wil orde -
ik wil demonen zien en overwinnen!
De Himalya beklimmen, de overvloed voelen.
Bolivia, Sahara!
Weten wat waardigheid is
en kattenpis! naar kattenpis ruiken!
weerzin gebruiken - bloed zien!
Stop!
hou op!
Ik wil dat je ophoud.
Wees eens stil, kun je ophouden?
stil zijn? Je zit in de knoop.
Je ligt overhoop,.
je hebt je hoofd, je armen, er niet bij!
Het
is een
zooitje, een grote brei.
Wat
ga je nu doen? Wat doe je ?
Waar ga je heen eh...?
Ja dat is goed, dat is goed voor je
Het is goed.
Voel
mijn hand, voel mijn huid
adem me in, adem me uit.
Voel
mijn hand, voel mijn huid
adem me in, adem me uit.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|

Marjo van den Doel
Violiste en koorleider van het Koor zonder grenzen
Signore
delle cime
Dio del cielo, Signore delle cime
Un nostro amico Hai chiesto alla montagna
Ma ti preghiamo, Ma ti preghiamo
Su nel paradiso Su nel paradiso
Lascialo andare Per le tue montagne
|
|
Koor zonder Grenzen
Nocturne
Sov på min arm. Natten gömmer
under sin vinge din blossande kind.
Lycklich och varm snart du drömmer,
flyr mig i drömmen som våg flyr vind.
Fångas igen. Flämstar Strider.
Vill ine. Vill. Och blir åter kysst.
Slumra min vän! Natten skrider.
Kärleken vaktardi ömtoch tyst.
Tiébié
Poièm
Tiébié poièm tiébié blagoslovim
- tiébié blagodarim - gospodi I molim Tisia,
Bojénach - I molim Tisia, Bojénach -
I molim Tisia, Bojénach - Bojénach
Molim Tisia, Bojénach
|
|

Drink
to me only with thine eyes
(William Shakespeare)
Drink to me only with thine eyes, and I will pledge, with
mine.
Or leave a kiss within the cup, And I'll not ask for wine.
The thirst that from the soul doth rise,
Doth ask a drink divine, but might I of Jove's nectar sip,
I would not change for thine.
(Fragment)
Due
pupille (W A Mozart)
Due pupille amabile m'han piegato il core e se pietá
non chiedo a quelle luci belle, per quelle io moriro d'amor
Peace
of the earth
The peace of the earth be with you,
the peace of the heavens too.
The peace of the rivers be with you,
the peace of the oceans too.
Deep peace falling over you,
Gods peace growing in you.
|
|
|
|
|
|
|
|

Rudolph Boshuizen
zanger in Koor zonder Grenzen / gedichten: Grenzeloos;
Metafysica; Broos; Crisis, uit zijn gedichtenbundel
Tijdbeelden, verschenen in 2009
|
|
grenzeloos
voor een wereldreis
in je leven
is de tijd
beperkt gegeven
kies daarom
voor een reisje
door de geest
dan ben je
na verloop van tijd
overal geweest
|
|
metafysica
zoals
waterdruppels
op mijn ruit
het zicht onttrekken
aan de werkelijkheid
zijn seconden
op mijn wijzerplaat
bedekkers
van de
eeuwigheid
|
|
broos
Ik sla de tijd
maar
stevig om mij heen
want net als wind
verwaait ze snel
en rafelt ons
uiteen
crisis
beleg
vandaag
maar extra
in je aandeel leven
want ook
je aandeel in de tijd
is heden
flink
gedaald
|
|
|

Simon Mulder
dichter / oprichter st. Feest der Poëzie / Sonnet
uit: Avantgaerde: Leest der Poëzie, handgedrukt
tijdschrift voor dichtkunst, jrg.1. 2010
Nienke
Esther Grooten
dichteres
|
|
Sonnet
Aan Amsterdam, kroon der steden
Ik
werd vannacht op Amsterdam opnieuw verliefd
Toen ik mij in haar hart, door straat en stroom beschreven
Verloren zag, daar 'k van het goede pad gedreven
Was, en dwaalde langs haar straten gracht-doorkliefd
De
tocht bracht mij langs singels, die zich welig weven
En welven zich om gevels, waar gij, o Stad, verhieft
De iepen, hoog en kromgebogen als gegriefd
Al starend naar hun beelden, die in het water zweven
Dit
dorp, een spel van trappen, poorten en portieken
Balkons en erkers in een ordeloze orde
Waar waart, gevat in baksteen, de geest nog der antieken
Langs
lanen trots en breed, in stegen nauw en blind
Dat tot in eeuwigheid gebenedijd nog worde
Dit dorp, dat Stad is, mij voor immer weer bemind
Simon Mulder
Dit
vers moet zijn als uit roodbruin baksteen gedreven
|
|
Met
een sisser
Er zwom een Zonderling in zee
Het was een afgelopen zondag
Die was echt al wel voorbij
En ik stond daar te kijken
naar de ondergaande zon
Die je boven verre golven
net nog zien kon.
Een
boogje rood trok van heel ver
Nog net een laatste spoor van licht
En scheen recht in mijn gezicht
Dwars over het zoute water
Waarin de Zonderling ook langzaam zonk.
Nienke
Esther Grooten
|
|
|
|

Patricia Brenner
danseres in de improvisatie Geplukte Teksten
/ dansbedrijf Zendance
Lieve
Rosa, ik vind je zo mooi,
zo bijzonder,
en er is maar een manier om dat te eren,
en Ik doe dat niet
'ja slippers zeg maar,
maar dat zijn meer schoenachtige slippers,
en dit zijn meer echt slippers, zeg maar,
'zoals die slippers die jij nu aan hebt
|
|
Teksten gevonden
op en rond
de Elandsgracht.
Goede
morgen dames! Koffie? /
Ik ben blij dat ik weer kan werken /
De stad schoonmaken is veel leuker
dan de stad vies laten worden./
Knor Knor klap in je handen! /
En de kinderen zien een opbloeiend moederlijf
verzachten /
De zwembadpas was voor Kees een geluk in het
leven /
'Ik ga eens ff naar de kapper /
'niet doen dan krijg je een nog dikker hoofd!
/
Niemand dacht dat het zou kunnen lukken totdat
er iemand langskwam, die dat niet wist /
De zomer bloeit weer uitbundig aan het Schoone
Weespad /
De paarse vlinderstruiken beginnen te ontluiken
/
En met een beetje geluk De Rode Zonnehoed/
Ik huil nu, dat heb ik zo lang niet kunnen doen
/
Als je ervan houdt is werken in de tuin een
verrukking!
Vooral nu in de warme buitenlucht /
|
|

Pierik L'Istelle
danseres en beeldend kunstenares /
dansgroep Ongoing / danseres in de improvisatie
Geplukte Teksten /
Ik ruik zuurkool!
Ruik ik nou zuurkool?
Ik geloof dat ik zuurkool ruik
Ruik jij nou ook zuurkool?
Volgens mij ruik ik zuurkool
Jij?
Die
vent van die zuurkool is stinkend rijk!
Die hoeft helemaal geen zuurkool te verkopen!
Toch verkoopt tie zuurkool, al heel lang,
Gewoon zuurkool
Omdat tie dat leuk vind
Zuurkool verkopen.
|
|
|
|

Marja Oldenhave
dirigent Koor aan 't IJ
|
|
Come
with me
Come with me my love, let us dream our dream together,
down by the sea that looks at you and me, so,
come my love dream with me
Zdravo,
Djevice (Kroatië)
Zravo djevice,bogorodice ti si lijepi cvjet,
Gospo blana ruo rumena sveta marijo.
Tebi djevice Pjevam pjesmice Ti si lijepi cvjet
Te bi djevice Pletem kitice, Sveta marijo. Krasni
urese mili mirise ti si lijepi cvjet od svih
hvaljena svima miljena sveta marijo.
|
|
La
Cumparsita
(Gerardo Matos Rodríguez, Uruguay)
People call her la Cumparsita. They will tell
you there is no-one sweeter. You would love
her if you should meet her. She is the loveliest
senorita. There is no-one who can compare with
her dark eyes and her shining hair.
With her you'll know that your life would be
complete
(fragment)
O
mistress mine (Shakespeare)
O mistress mine, where are you roaming, o stay
and hear your true love's coming, that can sing
high and low trip no farther pretty sweeting,
journeys end in lovers meeting, every wise man's
son doth know
(fragment)
Youth's a stuff will not endure.
|
|
O
mistress mine (Shakespeare)
O mistress mine, where are you roaming, o stay
and hear your true love's coming, that can sing
high and low trip no farther pretty sweeting,
journeys end in lovers meeting, every wise man's
son doth know
(fragment)
Youth's a stuff will not endure.
|
|
|

Mariska Eijck
arts, beeldend kunstenares en dichteres / maakt
kunst om te dragen, onder de naam PASA
|
|
Het
gedicht
Als ik de stift zo zacht voel glijden over het
papier
Als ik de inkt zie zakken in het blad
Als ik net iets te lang blijf hangen op één
plek
En er ontstaat een vlek
Dan denk ik: KUNST!!
|
|
Mijn
zusje
Als ik aan haar denk
dan denk ik
'jij was echt een bitch'
'jij was echt een kreng'
Als
ik weer aan haar denk
Dan denk ik
'jij zei verdomme gewoon wat je wou'
'jij was hondsbrutaal'
Als
ik dan weer eens aan haar denk
dan denk ik
'jij deed altijd je eigen zin'
'jij durfde dat'
Maar
nu ik haar zie staan en weer aan haar denk,
dan denk ik
'Jezus, mens, wat ben jij een stoer wijf!!'
|
|
De
weemoed van een moeder
Ik heb een dochter
Toen ze geboren werd,
was ze hééééél
klein,
Kleiner dan
één pak suiker,
één pak meel
en twee pakjes boter,
een kort boodschappenlijstje dus
Ze was zó klein, ze was zó zacht,
Met zo'n rasperig babyvelletje
Waar mijn lippen zacht van gloeiden
Als ik het kuste
Ik
heb een prachtige dochter
Nu is ze 14 en bijna een vrouw
Echte billen, echte borsten
Met aandacht gekleed, gepimpt
Bling, bling
Ik mag haar nog steeds kussen
Maar ik vrees
IK niet meer alleen
|
|
|

Carel T.C.
de Jager
lyrisch dichter
|
|
Regenboog
boven schuin hangende witte doos
Kan
het zijn, dat de regenboog, die sinds
lang ons niet meer bekoorde, weer opeens
ons verrukt en ons terug bracht in Noachs
tijd ?
Het
huis op de kaal geslagen vlakte vol zuring
geleek op een scheefhangende witte doos,
maar wel met een pergola vol Italiaanse
jasmijn en het uit zijn verband gezakte
huis was zo scheef geraakt,
omdat ik erin gevrijd heb, het achenebbisj
huis had zelfs een buitenlamp met rozendecoraties
en om dit geheel stond een gifgroene houten
schutting.
Na
de Ezelsbrug zag ik eerst het / geel /
blauw / rood / van de regenboog die boven
de doos stil bleef staan,
wie ben ik om door te lopen,
Ein kleiner Mann in ein Groszer Stadt,
het is teveel
|
|
De dennen bij de oude werf genereren een
Finse sfeer,
de pergola voor de microtuin doet denken
aan Toscane, hoe gek / hoe bont ,
Tis toch gewoon Mokum / Aleph.
Als
dam tegen de emoties maak ik foto´s
// SLOMO´s genaamd, want gelet op
mijn geringe lengte
fotografeer ik meestal boven mijn macht
// boven mijn wél dikke kop - VIPES
Na
de gevoelens komen de herinneringen /
mijn historie, zo geweldig was ik niet,
jáá twee keer over het IJsselmeer
geschaatst, jáá in 1968
alweer - verdorie
De
ene keer was ik een vurig anarchist, de
andere keer een verstokte liberaal, ik
was zo onzeker, zo geforceerd
in alle dingen en dan-dan maar weer eens
uitzinnig staan swingen met een vriendin.
|
|
Et aprés - vermoeid gelijk een racepaard
na de race,
bij trachten te komen in deze witte doos
twijfelend -vertwijfelend aan bijna alles.
Alle dingen zijn mateloos vermoeiend
Jaa Salomo.
Kan
het zijn dat de regenboog ook een teken
is ?
De Boog bleef staan terwijl het helder
was
en niet regende.
Dus bleef ik staan - ben ik een nul ?
Ja, maar door te blijven staan kwam er
een nul bovenop; = 8
eeuwigheid,
ik keek omhoog
en de regenboog
was versmolten tot iets anders,
nu jij weer
|
|
|

naar
boven

gevonden gedichten
|
|
Vereniging van Verlegen
Verzenschrijvers
Vaderdag
2010
Woorden
fladderen in de wind
todat een kind
ze oppikt in de zon
gelijk een ballon
NN
|
|
Vanavond gaf het gouden licht zijn glasgezicht
als een gedicht
jouw ogen zonder spreken, spraken zij
was er geen woord gelogen
Ideke
Als
je binnenkomt met 'n gedicht
zal ik je de deur wijzen
omdat tussen al je leugens door
de stem van de waarheid klinkt
dat is verschrikkelijk
daar kan ik niet tegen
het is ongehoord
en dat moet zo blijven
Mirjam
Al
|
|
Huismuis
Klokhuis
Flophuis
Ton
Kanon
Vlieg
Wieg
Wijsje
IJsje
West
Nest
Huis
Muis
Seppe
[zes en een half jaar + een beetje]
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|