[1862]
Het
Koning Willemshuis
Egelantiersstraat
141-143

Koning
Willemshuis, Egelantiersstraat / Handenarbeidlessen
Het buurthuis
werd Koning Willemshuis genoemd ter ere van de onafhankelijkheid
in 1813.
Het is gebouwd door J. van Maurik
Armoede werd in de negentiende eeuw gezien als een opvoedingsprobleem
Als het volk deugden als arbeidzaam, zuinigheid, netheid en huiselijkheid
zou worden bijgebracht, zouden de misstanden vanzelf verdwijnen.
Drankmisbruik
'... met de onverholen
erkentenis dat eene bestrijding der heerschende drinkgewoonten
het doel daarvan was...'
Kinderen werden in het Koning Willemshuis bezig gehouden met handvaardigheid.
De jongens tekenden, de meisjes handwerkten.
ds.
C.S. Adama van Scheltema
Het Koning Willemshuis werd in 1864 geopend op initiatief van de hervormde predikant,
ds.
C.S. Adama van Scheltema, die een der
eersten was die de 'geestelijke sanering van de Jordaan' in daden
omzette.
Hij hield eerder, in een achterkamer aan de Tuinstraat, bijbellezingen
voor de arme bevolking van de buurt NN, zoals de Jordaan bij de
gemeente te boek stond. Hij wist veel Jordaners zover te krijgen
dat zij hun avonden doorbrachten in het Willemshuis in plaats
van in de kroeg. Ook organiseerde hij volwassenenonderwijs om
het analfabetisme te bestrijden. Bovendien zorgde hij er voor
dat de Jordaan eindelijk werd aangesloten op het waterleidingnet.
Een
charismatisch man
'Daar was in ds. Scheltema niets van dat hooge, dat bij velen
doorgaat voor de deftigheid en waardigheid. Hij was niet alleen
klein van persoon, maar ook klein in eigen oog en toch zoo groot
voor God. Hij zocht niet zichzelven, zooals hij volkomen naar
waarheid schreef: 'Al mijn streven was de gemeente en hare
zoo verlatene hulpbehoevenden te steunen'' .
Van de doden natuurlijk niets dan goeds, maar hij was ook een
koppige doorzetter die gewend is te delegeren en gehoorzaamd te
worden.
Dominee
dichter
Adama van Scheltema wordt wel 'liederenkoning' genoemd. Behalve
de liederen die hij in het Nederlands vertaalde, was hij een van
de domineedichters.
Maar het Koning Willemshuis bleef toch de plaats waar alle draden
samen kwamen.
Toen hij januari 1881 met emeritaat naar Ede vertrok, bleef hij
als voorzitter de zaken in Amsterdam op afstand besturen.
En er werd geluisterd. Zijn prestige bleef tot lang na zijn dood
in 1897 enorm.
Ook het bestuur hield nog jarenlang na 1880 rekening met zijn
mening omtrent belangrijke aangelegenheden.
'Uit de Achterbuurt'
Ter bestrijding van de bouwkosten van het Koning Willemshuis leverde
Adama van Scheltema een persoonlijke bijdrage door het boek 'Haste
to the Rescue' van mrs.
Julia Wightman uit het Engels te vertalen en
dit ten bate van het huis te verkopen.
Het is het ontroerende verhaal van een predikantsvrouw die de
arme buurten in gaat om de van de kerk vervreemdende werkliedengezinnen
te bezoeken.
Adama van Scheltema laat zien dat dit verhaal in zijn visie op
de problemen in de Jordaan gevormd had.
Christelijke geheelonthouding kon het eind zijn van diepe ellende
en het begin van een leven met God, gepaard aan sociale zelfverheffing.
Inwendige zending dus.
Wat betreft de rijken, streed Adama van Scheltema er onophoudelijk
voor hun ogen én beurzen te openen voor de noden van de
armen.
Op 21 Maart 1862 begon dominee C.S. Adama van Scheltema met bijbellezingen
voor de arme bevolking van de Jordaan in de Tuinstraat.
Dat gebeurde met de onverholen erkentenis dat eene bestrijding
der heerschende drinkgewoonten het doel daarvan was.
Er werd voor een betere accommodatie en uitbreiding van de activiteiten
de Christelijke Wijkvereeniging opgericht, onafhankelijk van de
Nederlands Hervormde Kerk.
In de statuten van de Christelijke Wijkvereeniging staat geschreven:
'Tot bereiking van dat doel zal de vereeniging één
of meer gebouwen oprigten, geschikt tot het daarin vergaderen
en houden van voorlezingen, cathechisatien en geven van onderwijs.
Deze gebouwen zullen mede aan andere vereenigingen of aan bijzondere
personen om niet worden afgestaan, of wel verhuurd tot het houden
van bijeenkomsten, waarvan het doel en strekking is bevordering
van de zedelijkheid, gezindheid en het heil des volks.
Tevens zal de vereeniging het in gezegde buurten bouwen van goede
woningen en het verbeteren der bestaande ongeschikte door raad
en daad bevorderen'
[1863]
Gedenkdag voor de bevrijding van de Franse
bezetting
De eerste steen voor een gebouw werd gelegd
door mr. J. Messchert van Vollenhoven, burgemeester van
Amsterdam, namens Z.M. Koning Willem III.
Dit gebeurde op de gedenkdag van Nederlands verlossing
van de Fransen, 17 november 1863.
Vandaar de naam Koning Willemshuis, naar de drie vorsten van Oranje
die het land de afgelopen halve eeuw in vrijheid hadden geregeerd.
De oprichtings-
en bouwkosten werden bij elkaar gebedeld en geleend. Onder andere
werden er aandelen uitgegeven.
De bouw verliep voorspoedig en 8 mei 1864 kon het gebouw feestelijk
in gebruik worden genomen.
Er
waren in de Jordaan meer verenigingen
[1853]
Vereeniging tot Verbreiding der Waarheid
De
orthodox protestantse levenswijze was een belangrijk punt voor
de bewaarschool van deze vereeniging.
Godsdienstonderwijzer Looman,
bijgenaamd 'dominee scheefnekje' wilde graag dat de kinderen de
zuivere waarheid uit den Bijbel leerden kennen. De vereniging
was voor de meer gegoede burgerij.
[1855]
Stichting Tot Heil des Volks
De oprichter, Ds.
Jan de Liefde,had
het volk lief.
Hij zag de bittere armoe, dronkenschap en hier en daar kinderen
die slechts op handen en voeten konden lopen.
Zo was dat in de Jordaan.
Hier huisden de armen en verminkten en kreupelen en blinden uit
Lukas 14.
De kerk en het christelijk geloof, hadden hun invloed op de bevolking
verloren. Socialisme en anarchisme vonden breed weerklank bij
de arbeiders.
Daar moest iets aan gedaan worden vond de dominee.
Evenals dominee Adama van Scheltema stapt hij op een goede dag
op een vrouw af die op straat haar viskisten aan het schoonmaken
is en vraagt haar of hij in haar huis bijbellezingen mag gaan
houden. Ze heeft er geen bezwaar tegen.
De volgende avond zitten in de woning van vrouw Schouten vijf
arbeidersvrouwen en een blinde orgeldraaier onder zijn gehoor.
Het is het begin van wat nu de stichting Tot Heil des Volks heet.
Iedere vereniging had een eigen 'territorium' en de karakters
waren zeer verschillend.
Hoewel de gebiedsafbakening al gauw in betekenis afnam, bleef
de onderlinge samenwerking minimaal.
[1865]
Nederlandse Zondagsschool
Vereniging
Een vereniging van en voor de zondagsscholen.
De oprichters van de NZV waren : Ds. C.S. Adama van Scheltema,
en T.M. Looman, de stichter van De Vereeniging tot Verbreiding
der Waarheid. Zo te zien was men weer broederlijk bijeen.
In 1864 was een zondagsschool gestart die al gauw honderden kinderen
trok.
Na enige tijd waren er zelfs vier zondagsscholen naast elkaar
in het huis.
Een bibliotheek had in 1866 al 1400 boeken.
[1891]
Christelijke Wijkvereeniging
In het gangbare spraakgebruik werd de Christelijke Wijkvereeniging 'Koning Willemshuis' genoemd, naar het eerste en belangrijkste
gebouw, Egelantierstraat 141-143. In 1891 werd deze naamsverandering
ook statutair vastgelegd.
De vereniging Koning Willemshuis had vele kanten en de nadruk
verschilt sterk per periode.
In de begintijd lag het accent sterk op verbetering van de woon-
en leefomstandigheden in de Jordaan en bestrijding van de drankproblemen
door middel van evangelisatie en gezellige avonden.
[1866]
Verbetering van de leefomgeving.
De eerste twintig jaar kunnen beschouwd worden als een periode
van problemen, successen en teleurstellingen.
Na een cholera-epidemie werd het weinig lucratieve, maar zeer
noodzakelijke, drinkwaternet voor ongeveer 800 huishoudens in
de buurt NN aangelegd.
Verder werden ter verbetering van woonomstandigheden huizen aangekocht
en er werd een straatreinigingscontract afgesloten.
[1883]
De vereniging
begint enigszins uit het financiële dal te komen.
Als Adama van Scheltema met emiraat naar Ede vertrekt wordt
D Felix als evangelist aangesteld, maar die schijnt
niet optimaal gefunctioneerd te hebben.
Diens opvolger J. Dallinga die in 1888 werd aangesteld is heeft het over 'het eenigszins
verzakte werk'.
Dallinga stortte zich met volle overgave in het werk en bleef
tot 1908.
Zijn periode valt globaal samen met een grote bloei.
[1889]
Prinses Wilhelmina-Volksbewaarschool
De
vereniging begon de vleugels uit te slaan.
De kleuterschool of fröbelschool zou tot 1937 onder verantwoordelijkheid
van het bestuur der vereniging blijven.
[1891]
Christelijke Armenschool
Overgenomen door de vereniging.
Het verouderde gebouw werd verbouwd en in 1893 onder de naam Koningin
Emma-school heropend.
De exploitatie van de Koningin Emma-school werd in 1911 uit handen
gegeven en het schoolgebouw zelf werd in 1916 verkocht aan de
nieuwe beheerder: de Afdeling Amsterdam van de Vereniging voor
Christelijk Volksonderwijs.
[1910]
Geheelonthouders
Een groot probleem was de verhouding tussen het bestuur der vereniging
Koning Willemshuis en het Christelijk Geheelonthouders Verbond, gevestigd in het Koning Willemshuis.
Het Verbond beschouwde zich als de ware erfgenaam van de geestelijke
nalatenschap van Adama van Scheltema.
[1917]
De Eerste Wereldoorlog
deed de vereniging geen goed
De activiteiten leden onder mobilisatie, brandstoffenschaarste
en half licht.
Het bezit der vereniging nam, onder andere door de lage stand
der effecten van de Russische Staatsspoorwegen, met fl 3900,-
af.
De vereniging
werd aan de rand van de afgrond gebracht omdat die zich niet,
zoals Ons Huis, op Volksontwikkeling gericht heeft in plaats al
te veel op de allerlaagste klasse, de zwervers en daklozen .
[1930]
Vereniging Eben Haëzer
Een van de weinige takken die
het steeds goed gedaan had was de kleuterschool.
Het gebouw Egelantierstraat 145 was eind jaren '20 zeer verouderd.
In 1930 werd de nieuwe school opgeleverd, op nrs.147-149.
Maar in 1937 kwam een nieuw dieptepunt en moest de exploitatie
in handen van Eben Haëzer gegeven worden.
[1956]
De vereniging zit financieel totaal aan de grond, opheffing wordt
overwogen.
Het jeugdwerk moest worden opgegeven en de, een jaar tevoren aangestelde
directrice, mej.
J. Bos werd
ontslagen.
Het is het voormalig lid van de Commissie van Arbeid, dhr. G.
van der Ham geweest die op dat moment een diepgaande
sanering in gang heeft gezet.
Verkrotte woonhuizen in het bezit der vereniging werden verkocht,
evenals de oudste twee verenigingsgebouwen:
de voormalige Prinses Wilhelmina Volksbewaarschool, Egelantiersstraat
145 en het hoofdgebouw, Egelantiersstraat 141-143.
[1972]
Het einde
Wat overbleef
was een goedlopende bejaardensociëteit in het 'nieuwe' schoolgebouw
uit 1930, Egelantiersstraat 147-149.
In 1972 werd het vakantiehuis op Terschelling verkocht.
naar
boven
|